Column: Guus Bauer – Een Haags bakkie
Een Haags bakkie
Uw inktslaaf bereidt zich altijd heel goed voor wanneer hij uit interviewen gaat. In het geval dat de auteur nieuw voor hem is, leest hij niet alleen het pas verschenen boek maar ook eerder werk. Als het hem bevalt en de tijd toereikend is, wil hij nog weleens een heel oeuvre tot zich nemen. Daarnaast zorgt hij als een soort buitenpost van de publiciteitsafdeling van de uitgeverij voor zoveel mogelijk plaatsingen. Hij is breed inzetbaar, zoals een pr-hotemetoot het ooit uitdrukte.
De Israëlische schrijver Amos Oz bezoekt over een dag of tien het Haagse internationale literatuurfestival Writers Unlimited. Ergens in oktober werd zijn nieuwe roman Onder vrienden aangekondigd. Nu ja, roman is een groot woord, want het is eigenlijk een verzameling van acht losjes met elkaar verbonden verhalen, net als zijn voorgaande boek Dorpsleven. Uw inktslaaf maakte een afspraak voor een interview. Vervolgens ging hij onvervaard aan de slag. In een vorig leven schreef hij cursussen voor telefonische verkoop, anders was hij er niet in geslaagd om ook maar één met plaatsgebrek kampende redacteur te overtuigen. Naast de grootste Vlaamse kwaliteitskrant, bracht hij zijn te schrijven stuk onder bij een groep van negen regionale Nederlandse couranten, een weekblad, een magazine voor dames, twee periodieken en een paar drukbezochte boekensites. Al met al goed voor meer dan anderhalf miljoen potentiële lezers en voor de interviewer een maand huur, een flesje vlierbeswijn en twee dun belegde boterhammen.
Omdat uw inktslaaf weleens wilde weten waarom Oz eigenlijk al jaren een gedoodverfd kandidaat is voor de Nobelprijs las hij ook Mijn Michaël, Volmaakte rust en Een verhaal van liefde en duisternis. Je moet nu eenmaal een spiering uitgooien om een grote vis te vangen.
Vlak voor dit weekend ontving uw inktslaaf een afzegging van de uitgeverij. Men had na ampel overleg gekozen voor NRC, Volkskrant en Trouw. Op zijn vraag of het niet jammer was om de zestien plaatsingen die hij had geritseld te laten lopen, ontving hij van de Unlimited organisatie een e-mail. (De directeur had aan de telefoon alleen zwaar gezucht)
‘Dank voor uw bericht. Amos Oz heeft een buitengewoon vol programma tijdens zijn aanwezigheid vlak voor en op het festival in Den Haag. Wij hebben daarom in samenspraak met zijn uitgever keuzes moeten maken in de toewijzing van interviews. Een zorgvuldige afweging maakte dat wij uw verzoek deze keer niet zullen honoreren.
Wellicht lopen wij elkaar nog tegen het lijf tijdens de festivalperiode, waarbij wij onvervaard zullen blijven vousvoyeren.’
Post uit de residentie, zullen we maar zeggen. Daar schijnen veel kakmadammen rond te lopen. Vorig jaar was uw doorgewinterde interviewer ook al als een schooljongen op Haagse bluf getrakteerd. Hij zit met de gebakken peren. Nee, was dat maar waar. Hem rest na een week leeswerk, de aanschaf van drie titels en de telefoonkosten van zijn belrondes slechts een slap Haags bakkie.
Uiterst opportuun als afdelingen publiciteit van uitgeverijen zijn, stelde men voor om, op eigen kosten uiteraard, af te reizen naar Brussel om aan te schuiven bij een persconferentie die heer Oz daar geeft. ‘Heb je daar misschien baat bij voor het maken van een recensie of een korte Q & A?’
Volgende week een doorslag van het interview dat uw inktslaaf heeft ingelast.
Guus Bauer